Wij helpen je graag verder! +31 492386063

Verleidingen, wat doe je ermee?

11 december 2015, gepubliceerd door Dirk Boersma

Bij een voetbalwedstrijd komt het erop aan wat de spelers in het veld doen. Ook in organisaties komt het aan op wat de mensen die er werken doen.Wat doe je met al de adviezen, opdrachten en andere verleidingen die je van je werk afhouden?

Een wedstrijd
Elke zaterdag sta ik langs de lijn bij het voetbalveld. Ik sta daar om mijn dochter aan te moedigen als ze samen met haar team weer een wedstrijd speelt. Ik sla geen zaterdag over. Weer of geen weer, vroeg of laat, als ze moeten spelen sta ik er. En ik roep bijna nooit wat de speelsters moeten doen. Ik roep alleen regelmatig “goed zo”. Andere woorden komen er langs de lijn niet uit mijn mond. Het verveelt mij nooit om langs de lijn te staan en naar het spel van de voetballers te kijken. Want het spel is elke keer verschillend. De tegenstanders zijn verschillend, de omstandigheden zijn verschillend. Soms hebben de speelsters slecht geslapen en valt het tegen met de conditie. Soms zijn ze fit en gaat het allemaal soepel. Soms lukken de schijnbewegingen en loopt het samenspel soepel. Dat leidt tot flow, zoals bijvoorbeeld afgelopen zaterdag. Dan wordt er met een flink verschil gewonnen. Soms echter loopt het helemaal niet, dan ontstaat er irritatie, dan lopen ze meer tegen zichzelf dan tegen de tegenstander te voetballen. Elke zaterdag is het anders en je weet van te voren niet hoe het gaan zal. Soms pakt de tactiek van de trainer goed uit, soms lukt het van geen kanten. En in de wedstrijd zijn het de speelsters, die met elkaar moeten ontdekken wat er wel en wat er niet lukt. Ze moeten ook ontdekken hoe de tegenstander speelt en daar een passend antwoord op vinden. Het komt erop aan daar niet te lang over te doen.

Geschreeuw
En het is handig als ze dat samen kunnen doen, als ze niet afhankelijk zijn van hun trainer die wel schreeuwt langs de lijn. Of nog erger, het geschreeuw van sommige toeschouwers die precies lijken te weten hoe het beter kan.Geschreeuw waaraan ze zich bijna altijd ergeren. Het houdt ook vaak lang aan omdat ze niet begrijpen wat er nu precies bedoeld wordt. Het is veel handiger als ze het zelf ontdekken en elkaar wijzen op situaties waarin gehandeld moet worden. Je vindt een voetbalwedstrijd nooit van te voren in een boekje zodat je van te voren al de te verrichten handelingen kunt vastleggen. Nee, je moet elke keer opnieuw vaststellen hoe de situatie is en daar je handelen op baseren. In organisaties is het niet gemakkelijker. Ook daar veranderen de omstandigheden voortdurend en zitten de medewerkers er elke dag weer anders bij. En ook daar bestaat er niet één handige slimme aanpak, formule of methode waarmee je zonder slag of stoot je doelen realiseert.

Het ei van Columbus
Toch zijn er veel boeken te koop die je suggereren dat er een aanpak is waarmee je succesvol kunt zijn. Het eerste boek wat ik zo tegenkwam was In Search of Excellence van Peters en Waterman. Het waren twee consultants van McKinsey, die opschreven welke kenmerken de succesvolle organisaties die zij tegenkwamen in hun praktijk, nu met elkaar gemeen hadden. En zo zijn de trends elkaar na het verschijnen van dat boek in snel tempo opgevolgd. Kwaliteitscirkels, Iso, business proces re-engineering, privatisering, lean, greenbelts, six sigma,storeytelling, scrum, Semco, seven habits en zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan. Allemaal woorden, die een methode of een weg naar succes duiden. Maar ook woorden, die de suggestie oproepen dat je een bedrijf succesvol maakt door datgene waar het woord voor staat toe te passen in je onderneming. In een recent artikel in de Harvard Business Review waarschuwt Freek Vermeulen, hoogleraar aan de London Business School, voor dit gebruik.

Pseudowetenschap
Pas op voor de sirenen van de pseudomanagement wetenschap, waarschuwt Vermeulen. Voor de duidelijkheid, de sirenen zijn halfgodinnen uit de Griekse mythologie, die de bemanning van het schip van Odysseus met beloften over een prachtige toekomst en met betoverende stemmen van hun koers probeerden te halen. Odysseus liet zich aan de mast van het schip vastbinden en liet zijn bemanning was in de oren stoppen om de verlokkingen maar niet te horen. Vermeulen gebruikt dit beeld om te waarschuwen tegen de mooie beloften waarmee goeroes proberen managers over te halen hun aanpak toe te passen om daarmee de organisatie succesvol te maken. In mijn blog over kernwaarden van enkele dagen geleden bleek al hoe slecht het Enron is vergaan, hoewel de kernwaarden die het bedrijf in 2000 in haar jaarverslag had opgenomen iets heel anders beloofden. Vermeulen haalt onderzoek aan waaruit blijkt dat kernwaarden niet de oorzaak van succes zijn maar juist een gevolg ervan. Het is dus precies tegenovergesteld aan wat de goeroes schreven. Ook voor Six Sigma en lean blijkt volgens Vermeulen uit onderzoek dat die inspanningen geen enkele waarde aan een organisatie toevoegen. Misschien werkte de originele toepassing ervan wel, zegt Vermeulen, maar die originele versie wordt versimpeld, gestileerd en verliest daardoor haar effectiviteit. En op die manier raakt zo’n hype ook weer uit de mode. Helaas zijn wij nog steeds, net zoals Odysseus en zijn bemanning erg gevoelig voor sirenen, hun mooie beloften en de aanlokkelijke manier waarop ze worden gebracht. Een nieuwe mode is disruptie, ik heb al radioreclames gehoord van consultants die hun diensten aanbieden om die disruptie in je organisatie toe te passen. Tegelijkertijd waarschuwt Christopher Clayton, de man die disruptie en haar gevolgen onderzocht en wetenschappelijk bestudeerd heeft, voor het volstrekt onjuiste gebruik van disruptie in organisaties. Het wordt zo veel toegepast dat de concurrentie gestimuleerd wordt om hetzelfde te doen en daarmee verdwijnen alle voordelen.

Waar ben je op gericht?
Clayton, Hal Gregersen en Jeffrey Dyer ontdekten wel iets heel anders in hun jarenlange onderzoek. Ze ontdekten het belang van goed vragen stellen, goed waarnemen, uitproberen en netwerken. Dat zijn essentiële competenties waarover vernieuwende managers beschikken. En ze laten dat niet door anderen (consultants en stafafdelingen) doen maar ze doen het zelf. Ze passen geen formule toe, ze voeren geen methode in, ze laten de organisatie niet certificeren. Ze zoeken uit wat er aan de hand is, ze kijken goed wat er gebeurt en proberen op basis daarvan dingen uit, waarvan ze denken dat die werken. Ze netwerken met mensen, die anders tegen de wereld aankijken om hun ideeën te toetsen en op nieuwe te komen. Ze passen geen formule toe en ze hebben geen geheime strategie. Nee, ze dealen met de werkelijkheid waarin ze zich bevinden. En ze laten zich niet verleiden door goeroes, die langs de kant staan te roepen met een theorie die schetst langs welke weg snel groot succes te behalen valt. Homerus schreef er al over in de Odyssee. Maar wij hebben hier ook een prachtig sprookje.. Ik heb het vaak gehoord. Het is het sprookje van vrouw Holle. Welk meisje uit het sprookje ben jij?

Stel je vraag via ons contactformulier

Neem contact met ons op!
Voor al je vragen kun je bellen met

+31 492386063