Wij helpen je graag verder! +31 492386063

De beste wensen

29 december 2017, gepubliceerd door Dirk Boersma

‘Great man’
Omdat ik in de dagen rond de jaarwisseling geen werkafspraken heb, maak ik tijd om  te reflecteren  op waar ik me mee bezig houd, op leiderschap. Leiderschap is een begrip waar niet iedereen hetzelfde onder verstaat. Voor sommige mensen is de leider een ‘great man’ zoals die door de Schotse schrijver  Thomas Carlyle in 1840 werd beschreven. Een held met charisma, wijsheid en intelligentie, die de geschiedenis een bepaalde kant op stuurt. Carlyle was historicus en volgens hem werd de loop van de geschiedenis door dit soort grote mannen bepaald. Hij noemt Mohammed, Luther, Shakespeare, Roussau, Napoleon en anderen. Hij onderbouwt zijn theorie met deze voorbeelden. Lange tijd was de omschrijving van Carlyle bepalend voor hoe tegen leiderschap werd aangekeken. Leiders waren een bepaalde categorie mensen. Leiderschap was niet voor iedereen weggelegd. Daar had je bijzondere kwaliteiten voor nodig, je moest ervoor in de wieg gelegd zijn.  Die opvatting kom je nog steeds veel tegen. Ik denk ook bij sommige mensen die zulk leiderschap onnodig achten en zelfsturing meer van deze tijd vinden.

Een product van
De socioloog Herbert Spencer kwam met een totaal andere theorie (1860). Volgens hem waren het niet de grote leiders die het verloop van de geschiedenis bepaalden maar waren die leiders juist producten van de omgeving. Het waren de omstandigheden die ervoor zorgden dat zij hun rol konden spelen. De grondlegger van de psychoanalyse Sigmund Freud  bevestigde dat min of meer. Hij zag dat mensen die in onzekerheid en angst leven op zoek gaan naar een ’great man’. Een ‘great man’ die hun onzekerheid en zorgen moet wegnemen. De ironie is dat die ‘great man’  een soort marionet is, van de groep die hem tot leider maakt. De groep wil dat de leider voor de groep vecht dat de leider de vijanden van de groep verslaat en ervoor zorgt dat de groep zich weer veilig kan voelen. De groep steunt de leider zolang de leider daarvoor zorgt. Het type leider wat dan gekozen wordt beantwoord aan het door Carlyle geschetste beeld. Het is een leiderschapsbeeld wat we zoals gezegd  ook vandaag de dag nog regelmatig tegenkomen.  Insead hoogleraar Gianpiero Petriglieri schreef  erover in de HBR (Harvard Business Review  van 9 mei 2016).  Zowel Freud als Petriglieri zijn niet positief over dit type leiderschap en in een recenter artikel in de HBR van 4 december jl laat Petriglieri zien hoe dit type leiders makkelijk voor verdeeldheid in de samenleving zorgt.

De bescheiden leider
Het leiderschap waar wij ons mee bezig houden is zeker niet het leiderschap zoals dat werd gezien door Carlyle. Wij zien dat type leiderschap niet als leiderschap waardoor organisaties beter gaan functioneren. Ons denken over leiderschap is begonnen met het boek wat collega Willem Verhoeven schreef ’Managen zonder hiërarchie’(1991). Het gaat om leiding geven zonder de baas te spelen. Wij hebben daar de naam coachend leiderschap aan gegeven. Om dat goed te kunnen heb je een totaal andere kwaliteiten nodig dan die van de ‘great man’. Ooit beschreef Willem Verhoeven die andere leider in zijn boek De bescheiden leider’ (2005).
Onderzoek
Het mooie is dat de laatste jaren uit steeds meer onderzoek blijkt dat  die bescheiden leider belangrijk is om met een organisatie resultaten te bereiken. De onderzoeken van Anita Woolley naar collectieve intelligentie( de intelligentie van een groep) laten zien hoe collectieve intelligentie in groepen zich kan ontwikkelen. Wat er nodig is om de optimale resultaten met groepen te bereiken. En waar gaat leiderschap nou anders over dan over effectief zijn met groepen mensen, die een bepaald resultaat willen bereiken.

Collectieve intelligentie
Collectieve intelligentie is daarbij het sleutelwoord. En waar komt die collectieve intelligentie nu vandaan. Die collectieve intelligentie ontstaat in groepen waarin mensen elkaar goed en snel begrijpen. Groepen waarin mensen aan de ander zien hoe de ander erbij zit.  In haar onderzoek keek ze naar het effect van individuele intelligentie op de uitvoering van groepsopdrachten naar de invloed van persoonlijkheid in diverse samen stellingen . Die factoren bleken echter geen effect te hebben op de prestaties van een groep. De collectieve intelligentie nam er niet door toe. Wat wel effect had was de mate waarin de groepsleden in staat waren  aan iemands ogen te zien hoe de ander zich voelde. Groepen van mensen, die dat goed konden, bleken significant beter te presteren op tal van verschillende groepsopdrachten. Dat gold zelfs voor  virtuele groepen. Groepen die via een online verbinding met elkaar moesten samenwerken. Daarnaast waren er nog twee factoren van belang. Dat waren de gelijkmatige verdeling van participatie van groepsleden  en het ontbreken van dominant gedrag bij groepsleden. Zodra groepsleden niet participeerden of zodra één of twee groepsleden de communicatie in de groep gingen domineren nam de collectieve intelligentie van de groep af. (Woolley stelde vast dat vrouwen  in een groep de collectieve intelligentie laten stijgen.  Voor een groep die uit alleen vrouwen bestaat gaat dat echter niet op. Diversiteit is belangrijk).

Illustratie
Woolley illustreert haar onderzoek resultaten onder andere door een vergelijking te laten zien van de ministersploegen van J.F. Kennedy en die van Abraham Lincoln. Kennedy omringde zich door de beste en knapste mensen. Het was de meest indrukwekkende verzameling hersenen ooit. De besluiten die ze namen waren daarmee echter totaal niet in lijn. De Cubacrisis en de Vietnamoorlog zijn er voorbeelden van. De groep mensen die Lincoln om zich heen verzamelde bestond uit mensen die op het eerste gezicht totaal niet bij elkaar pasten en die ook lang niet allen academisch opgeleid waren. Toch beëindigden zij de slavernij en zorgde zij voor eenheid tussen de staten.

Zelfsturing
De onderzoeken van Woolley bevestigen dat het bij leiderschap niet gaat om de baas spelen. Om je wil op leggen. Het gaat veel meer om ervoor zorgen dat mensen goed met elkaar communiceren en dat er een gezamenlijk toekomstbeeld wordt vastgesteld. Om dat goed te doen is het om te beginnen belangrijk om jezelf goed te kennen en te weten wat het effect is van jou gedrag op anderen. Dat betekent dat je begint met leiding geven aan jezelf. Zelfleiderschap of zelfsturing dat is de basis. En je team gaat effectiever worden als alle leden die zelfsturing kunnen ontwikkelen.
Daar wil ik ook in 2018 mijn energie in steken samen met anderen die dat ook belangrijk vinden.

Wij wensen je het allerbeste, veel zelfsturing en excellent leiderschap toe in het komend jaar.

Verder praten bel 0622995926 of mail dirkboersma@excellentleiderschap.nl

Stel je vraag via ons contactformulier

Neem contact met ons op!
Voor al je vragen kun je bellen met

+31 492386063