Wij helpen je graag verder! +31 492386063

Patronen

13 maart 2014, gepubliceerd door Dirk Boersma

De manier waarop mensen met elkaar communiceren heeft grote gevolgen voor de inhoud van de communicatie. Onevenwaardigheid in de relatie kan ertoe leiden dat het gewenste effect niet wordt bereikt.

Foei!
Een tijd geleden reed ik op een ochtend de route die ik zo vaak rijd. Terwijl het nog donker was volgde ik de Zuid Willemsvaart van Den Bosch naar Helmond. Halverwege, bij het binnenrijden van Veghel, werd ik uit mijn mijmeringen opgeschrikt door het geluid van mijn telefoon. Ik nam op en het bleek de praktijkondersteuner van mijn huisartsenpraktijk te zijn. Ze was vermoedelijk net aan haar dag begonnen en het eerste wat ze had gedaan voor ze aan haar spreekuur begon was mij bellen. Ik werd op berispende toon toegesproken. Hoe het kwam dat ik nog niet bij haar langs geweest was. We hadden toch duidelijk afgesproken dat ik na een maand opnieuw een afspraak zou maken en er waren nu al twee maanden voorbij. Hoe kwam het dat ik dat nog niet gedaan had. Ik zat even met mijn mond vol tanden, maar toen wist ik het antwoord. “Dat is omdat ik bang voor u ben” . “Bang….?” reageerde ze verbaasd. Ja, bang. En ik legde uit dat de wijze waarop ze me aansprak me sterk deed terugdenken aan de tijd dat ik nog op de lagere school zat. Die manier van aanspreken plaatste mij onmiddellijk in de rol van kleine jongen.

De kind-rol
Het is een rol waarin ik mij niet meer thuis voel. Ik voel mij prettiger bij de rol van zelfsturende volwassene. Als ik mij weer in de rol van kind geplaatst voel ga ik ook als kind reageren. Dat was nog versterkt bij het voorgaande bezoek waarin ze me gezegd had dat ik aan de pilletjes moest als de meetresultaten niet veranderden. En ik wil niet aan de pilletjes. Ik ga de situatie waarin dat kan gebeuren uit de weg. Ik ontloop de situatie waarin ik dat gevoel krijg. Dat is niet  eens een bewuste strategie. In relatie tot de praktijkondersteuner van mijn huisartsenpraktijk uit zich dat in het voor me uitschuiven van de opdracht om een afspraak te maken. De praktijkondersteuner wees mij er in haar reactie op dat het toch ging om mijn bestwil (waar had ik dat eerder gehoord), dat het ging om mijn bloeddruk en dat ze verwachtte dat ik alsnog een afspraak met haar zou maken. We zijn nu twee jaar verder en de afspraak heb ik nog niet gemaakt. Wel ben ik nog een keer voor een andere kwestie bij de huisarts geweest. Het onderwerp bloeddruk kwam toen ook ter sprake en we ontdekten dat een verkeerd gezet kruisje bij roken (het kruisje stond bij wel, maar ik rook niet) er de oorzaak van was dat het schema mij in de kleur oranje had gebracht en dat betekent gevaar. Met het kruisje op de goede plaats kwam ik in groen terecht, niets aan de hand dus.

Schaamte
Als ik dit opschrijf voel ik een beetje schaamte, schaamte omdat ik mij door de praktijkondersteunster heb laten verleiden om me als kleine jongen te gedragen. Dat ik daarmee ook de verantwoordelijkheid voor mijn gezondheid ondergeschikt maakte aan hoe ik mij als mens behandeld voelde. En daar zit de kern van veel problemen in de relaties op het werk. Wie neemt welke verantwoordelijkheid? In een tijd waarin we praten over zelfsturing, over meer participatie in de samenleving. In een tijd waarin zelfverantwoordelijkheid belangrijk wordt gevonden is het essentieel om zodanig met mensen te communiceren dat ze ook de kans krijgen zelf die verantwoordelijkheid te nemen. Dat betekent dat je mensen niet in de rol van kind moet plaatsten. Zolang je dat doet blijven ze zich als kind gedragen. Mensen opdragen om zelf verantwoordelijk te zijn is een contradictio in terminis. Die opdracht ontkent hun zelfverantwoordelijkheid.

Patroon doorbreken
Als we willen dat mensen zelf verantwoordelijkheid nemen moeten we ons eigen communicatiepatroon wijzigen. We moeten dan opdrachten niet langer verpakken in de term afspraak. We moeten tot echte afspraken komen. Afspraken waarbij beide partners in hun eigen volwassenheid zich verbinden aan wat overeengekomen wordt.
Coachend leidinggeven betekent op die manier met je aansturing bezig zijn. Niet van: zullen we dit dan maar afspreken, of: ik zie je over een maand. Maar: wanneer kom je weer langs, of: wat wil je hierover afspreken. Soms lijkt het of je daarmee het roer uit handen geeft. Je krijgt het echter steviger in handen omdat het gefundeerd is in een krachtige evenwaardige relatie. Watzlawick heeft ons in zijn boek De pragmatische aspecten van menselijke communicatie uitgelegd hoe dit werkt. Ook bij de benadering vanuit de Transactionele Analyse wordt het thema helder. En in zijn boek Afspreken en Aanspreken behandelt Willem Verhoeven het thema in de bedrijfscontext. Onze workshop met de titel Afspreken en aanspreken helpt je om het praktisch onder de knie te krijgen

Stel je vraag via ons contactformulier

Neem contact met ons op!
Voor al je vragen kun je bellen met

+31 492386063