Wij helpen je graag verder! +31 492386063

Samen weten

12 maart 2015, gepubliceerd door Dirk Boersma

De uitdaging voor de lokale en provinciale politiek is in deze tijd gestalte geven aan de participatiesamenleving. Participeren doe je vooral op lokaal niveau. Woensdag 18 maart mogen we stemmen voor de provincie en de waterschapsbesturen. Wat gaat er dan veranderen? Worden we als burgers daarna meer betrokken bij de maatregelen, die ons aangaan? Volgens de commissaris van de Koning in Noord-Holland zit het samenwerken met burgers het provinciebestuur in de genen. En hij roept de Tweede Kamer op om meer los te laten. Ik denk dat er nog veel moet gebeuren. Hoe krijgen we de beweging van beter weten naar samen weten op gang?

Inspraakavond
Het zal ergens in de jaren zeventig van de vorige eeuw geweest zijn. Het dorpshuis van het dorp Oldehove zat stampvol. Er was die avond een inspraakavond over de gemeentelijke herindeling En de inwoners van Oldehove waren eerder al geïnformeerd over de voornemens om Oldehove samen te voegen met een aantal andere gemeenten, waaronder de gemeente Zuidhorn, tot een grotere gemeente, Die dan ook de naam Zuidhorn zou krijgen. Het nieuwe gemeentekantoor zou in het dorp Zuidhorn gevestigd worden. Zelf woonde ik in een kleine kern in de gemeente Oldehove, in het mooie terpdorp Niehove. De inwoners van Niehove hadden al veel moeite met het feit dat ze bestuurlijk bij Oldehove hoorden en de samenvoeging met Zuidhorn, daar zag niemand de voordelen van. Op die inspraakavond wierp ik mij op als spreekbuis voor de inwoners van Niehove. Ik ging stevig in discussie met gedeputeerde Wilpstra en wij werden het niet met elkaar eens die avond. Ik bleef bij mij standpunt dat de gemeentelijke herindeling de afstand tussen inwoners en het bestuur zou vergroten en dat daarmee een einde zou komen aan het samen optrekken.

Professionaliteit of betrokkenheid
Hij probeerde mij vergeefs te laten begrijpen wat de voordelen zouden zijn van meer professionaliteit als de gemeenten zouden worden samengevoegd. Zo eindigde de inspraakavond  in twee partijen die tegenover elkaar bleven staan. De inspraakavond heeft de herindeling niet tegen gehouden en ik hoop dat de inwoners van Niehove nu genieten van de toegenomen deskundigheid op het gemeentekantoor. Toen ik recent nog eens een ambtenaar van dat kantoor ontmoete merkte ik wel dat het “beter weten” was toegenomen. Dat bleek mij trouwens al op de dag na de inspraakavond. Ik werd op het matje geroepen door het lokale bestuur van de politieke partij waarvan ik actief lid was. Het bestuur gaf mij te kennen dat ik was afgeweken van het standpunt van de partij en dat dit niet de bedoeling was. Ik was verbaasd. De partij vertegenwoordigde toch de inwoners? Het was de Partij van de Arbeid en de inwoners van het dorp waren gewone mensen. Hoe kon het nou dat ik wat anders moest vinden? Het was het einde van mijn betrokkenheid bij een politieke partij, ik zegde mijn lidmaatschap op.

Loslaten
Ik moest aan dit verhaal denken, toen ik vanmorgen op Nu .nl las dat de commissaris van de Koning in Noord-Holland, de heer Johan Remkes, zich kritisch uitlaat over de bemoeizucht van de Tweede Kamer bij zaken, die de provincie aangaan. Hij stelt dat hij merkt dat “de kunst van het loslaten moeilijk is, ook bij de decentralisatie van zorgtaken.” Er hoeft maar iets mis te gaan of iedereen staat bij de interruptiemicrofoon om te vragen: “Wat gaat de staatssecretaris hier aan doen?” Volgens Remkes heeft het Rijk geen notie van het draagvlak onder de bevolking. Een bestuur dat dichter bij de mensen staat heeft dat veel meer in de genen. Of een bestuur dat dichter bij de mensen staat dat echt in de genen heeft, waag ik te betwijfelen. Het is wel de moeite waard ervoor te zorgen dat de lokale politiek dat meer in de genen krijgt.

Niets veranderd
In een recent artikel in “Gemeente nu ”beschrijft Piet van Mourik dat loslaten voor managers bij de lokale overheid ook nog erg moeilijk is. Hij stelt in zijn artikel dat de nieuwe werkelijkheid niet geleid heeft tot ander gedrag. De stroom blijft top-down, de manager controleert. Volgzaamheid en afhankelijkheid van zijn medewerkers blijft de onuitgesproken verwachting. Van  Mourik roept het management van het lokaal bestuur op om op een andere manier te gaan werken. Hij heeft het over meer converseren. En hij zegt dan: 1+ 1= 3. Van Mourik gebruikt daarbij de term regie om aan te geven dat niet alle details van bovenaf geregeld worden.
De vraag of regie hier nu zo’n gelukkige term is laat ik maar in het midden. Wat mij aanspreekt is dat Van Mourik het heeft over samen converseren en dat dienen volgens mij niet alleen de managers en de medewerkers met elkaar te doen, maar ook de medewerkers met de burgers. Niet over koetjes en kalfjes. Maar over de zaken die echt belangrijk zijn voor de burgers. Niet om ervoor te zorgen dat de burgers begrijpen wat het bestuur wil. Maar om ervoor te zorgen dat het bestuur weet wat de burgers willen. Zo ontwikkel je de genen waar Remkes het over heeft.

Zelfsturing
Wij hebben het bij het Centrum voor Excellent Leiderschap over het mensen steunen in het zelfsturend worden. Dat doe je niet door Gods water over Gods akker te laten vloeien. Ook dat doe je door met elkaar in gesprek te gaan en dan vanuit evenwaardigheid. Niet met de uitkomst al in je hoofd, maar met het doel samen een uitkomst te ontdekken of te creëren. Uit het stuk van Van Mourik blijkt dat het van essentieel belang is dat  professionals en managers zich daarin ontwikkelen.  Het is, vrees ik, niet de professionaliteit waarover gedeputeerde Wilpstra het had, zoveel jaar geleden. Dat was de professionaliteit van het “beter weten”. Laten we onze schouders zetten onder een beweging die leidt tot het “samen weten”.

Stel je vraag via ons contactformulier

Neem contact met ons op!
Voor al je vragen kun je bellen met

+31 492386063