Wij helpen je graag verder! +31 492386063

Opheffen hoe doe je dat?

15 oktober 2014, gepubliceerd door Dirk Boersma

Aan het eind van de 19e eeuw stond de Nederlandse overheid voor een enorm project, het opheffen van de lokale bevolking in Indonesië. In 1941 werden de resultaten daarvan beschreven door Van Helsdingen, in het boek “Daar werd wat groots verricht”. Diederik van Vleuten maakte daar een boeiende theatervoorstelling van. Als je een vergelijking maakt met wat er voor 1914 verricht werd en wat er daarna verricht werd, dan is wat ervoor verricht werd slechts een druppel op een gloeiende plaat. In brieven van Opheffer geeft G.L Gonggrijp een kritisch beeld van die verrichtingen

Opheffen
In een klein antiquariaat in Tiel vond ik een boek met de titel “Brieven van opheffer”. Opheffer is een pseudoniem voor G.L. Gonggrijp. Gonggrijp was bestuursambtenaar in Nederlands Indië aan het begin van de 19e eeuw. Het was de zogenaamd ethische periode. De periode waarin bij de Nederlandse politiek veel aandacht was ontstaan voor het opheffen van de lokale bevolking. Opheffen was een belangrijke opdracht voor de bestuursambtenaar in Indië. Gonggrijp heeft het over de  Ophefferij. Tegenwoordig zouden wij dat empoweren noemen. We zouden het hebben over talentontwikkeling en het beste uit mensen halen. In de brieven die Gonggrijp schrijft deelt hij wat wel werkt en wat niet werkt als het om die Ophefferij gaat. Een essentiële voorwaarde is volgend Gonggrijp naast de mensen staan en de mensen actief opzoeken, niet om ze te vertellen hoe de wereld in elkaar zit maar om te luisteren naar wat ze te vertellen hebben. Zijn brieven staan vol voorbeelden van wat  werkt en wat niet werkt en hoe het werkt. Een mooi voorbeeld is zijn brief van 10 augustus 1911, waarin hij uitlegt waarin hij scherpe kritiek heeft op de formele aanpak van de Ophefferij.

Teveel boekenwijsheid
Er wordt teveel met boekenwijsheid gewerkt, zegt Gonggrijp, en die boeken wijsheid heeft als resultaat dat de lokale bevolking vooral belerend wordt toegesproken. Als de lokale bevolking met tegenwerpingen komt wordt er gereageerd met : Waarde vriend, alsjeblieft geen tegenwerpingen, jullie zijn niet wetenschappelijk onderlegd, ik wel. Gonggrijp heeft veel kritiek op die aanpak want, zegt hij, ik heb nog veel van de lokale bevolking te leren om met succes te kunnen opheffen. Hij trekt een parallel naar de hoogleraren, die hem opgeleid hebben tot bestuursambtenaar. Hij verwijt hen dat ze alleen maar belangstelling hebben voor hun eigen wijsheid en hun eigen theorieën. Wat volgens Gonggrijp belangrijk is, is de mooie vonk van enthousiasme ontsteken, die de mensheid een eindje verder brengt. Daar zijn er echter maar enkelen van, van de 100 twee of drie. Hij schrijft er meer over in zijn brief van 21 augustus van hetzelfde jaar. Hij hekelt daar de eis dat een ambtenaar nu Doctor moet worden. Het wordt noodzakelijk geacht om te promoveren. Gonggrijp noemt dat een uitvinding van Sint Bureaucratius.

Voeling met het hart
Promoveren is niet erg, als je het maar kunt doen bij mensen met een hart, dan geeft het niet als ze tevens hoogleraar zijn. Hij beschrijft een goed docent, die hij zelf gehad heeft. Die was trouwens geen professor, schrijft hij. Maar “hij kon een haat en een minachting bijbrengen tegen al wat klein dacht, klein deed en klein handelde”. Gonggrijp vraagt zich af of het niet juist deze docent was, die ertoe bijdroeg dat velen, in het volle leven geplaatst, terugdeinsden voor een minderwaardig optreden. Die oude leermeester is niet dood zegt hij, zijn omhulsel is vergaan, maar zijn woorden leven in vele harten van opheffertjes en zijn geest is niet dood, waakt tegen klein, min optreden, tegen klein denken, tegen egoïsme, tegen uitbuiting. Het zijn dit soort docenten, die ervoor zorgen dat je voeling houdt met de lokale bev olking. En dat voeling houden is volgend Gonggrijp essentieel als je wilt opheffen.

  • Een goede opheffer doet zijn werk zonder karabijn.
  • Een goede opheffer heeft voeling met het volk
  • De goede opheffer durft een opdracht van zijn baas te weigeren, die laat zijn ervaring en kennis van de toestanden mee spreken.
  • Een goede opheffer durft om die reden ook te weigeren een regeringsopdracht uit te voeren.
  • Dat durven goede opheffers omdat ze meeleven met de lokale bevolking en omdat ze niet klein gemaakt waren met de kritiek dat ze een brede blik misten en dat ze geen wetenschappelijke opleiding hadden genoten. Er stond geen “bul” tussen hen en de lokale bevolking in.

We zijn nu ruim honderd jaar verder en nog steeds worstelen we met de thema’s die Gonggrijp behandelt in zijn brieven.  Hoe krijgt de decentralisatie in de zorg vorm? Hoe verbeteren we het basisonderwijs? Hoe brengen we burgers tot participatie? Hoe zorgen we dat “lean” werken verankerd wordt in de organisatie? Wat is nieuw leiderschap? Hoe zorg je voor zelfsturing? En ga zo maar door.
Gonggrijp laat in zijn brieven zien hoe belangrijk het hart is. het hart geeft leiding aan je handelen.
Hoe zit het met mijn hart en jouw hart?

Stel je vraag via ons contactformulier

Neem contact met ons op!
Voor al je vragen kun je bellen met

+31 492386063