21 januari 2014, gepubliceerd door Dirk Boersma
In onze organisaties is kennismanagement belangrijk. We maken er systemen voor en stellen er functionarissen voor aan. Gevolg is enorme hoeveelheden losse brokken informatie. In verhalen krijgen brokken informatie betekenis en ontstaat samenhang zodat de informatie direct gebruikt kan worden en het verhaal weer rijker en krachtiger kan worden.
Luigi D'Albertis
Mijn dochter en ik keken de afgelopen weken regelmatig naar afleveringen van de serie “O’Hanlon’s helden“. De serie werd uitgezonden door de VPRO. Centraal in de serie stonden ontdekkingsreizigers uit de 19e eeuw. O’Hanlon, de programmamaker, treedt in hun voetsporen en probeert hun verhaal weer tot leven te wekken. De laatste twee zondagen stond Luigi D'Albertis centraal. D’Albertis leefde van 1841 tot 1901. In 1876 en 1877 voer hij de rivier de Fly in Papoea Nieuw Guinea op. Hij ontdekte daar plant- en diersoorten en nam potten vol met slangen, hagedissen en andere dieren op sterk water mee terug naar Italië. O’Hanlons aandacht was vooral getrokken doordat hij ook het hoofd van een koppensneller had meegenomen.
O’Hanlon was gebiologeerd door dat hoofd. Het staat beschreven in het boek dat D’Albertis schreef en dat in 1880 werd uitgegeven onder de titel “What I did and what I saw”. In dat boek staat ook een foto van dat hoofd.
Op zoek
O’Hanlon wilde meer over dat hoofd weten en hij ging op zoek in Italië. Hij zocht de nazaten van D’Albertis op, die zich herinnerden wat een bijzondere man het was. Ze herinnerden zich ook de pot met het hoofd. Het stond ooit ergens in het huis waar D’Albertis gewoond had. Ze hadden het altijd griezelig gevonden. Waar het nu was wisten ze niet, ze dachten in een museum. O’Hanlon ging vervolgens op zoek in musea in Genua, Florence en Rome. Hij sprak met conservatoren, raadpleegde catalogi en doorzocht zolders en kelders. Het hoofd vond hij echter niet. Zonder hoofd, maar met de foto uit het boek reisde hij vervolgens in de voetsporen van D’Albertis naar Papoea Nieuw Guinea. Hij probeerde aria’s uit opera's te leren want in het boek staat dat D’Albertis met die aria’s diepe indruk maakte op de lokale bevolking. Aangekomen in Papoea Nieuw Guinea verzekert O’Hanlon zich van een betrouwbare lokale gids en samen varen ze de rivier op. De haardracht van het hoofd helpt ze de stam te vinden waartoe de man wiens hoofd gesneld werd behoorde. Zo komt O’Hanlon in het dorp waar de man 150 jaar eerder leefde.
Verrassing
En dan komt de verrassing, de mensen in het dorp weten wie het is. Ze kennen zijn naam. Het hele verhaal van de ontmoeting met D’ Albertis kunnen ze nog navertellen. Het lijkt of het gisteren gebeurd is. Ze weten nog van het snellen van het hoofd van deze geduchte dorpsgenoot. Ze weten nog van de aria’s die D’Albertis zong. Ze hebben alles onthouden en nu al vele generaties aan elkaar doorverteld. Het staat nergens op schrift. Er zijn geen bandopnames van gemaakt. Nee, het verhaal zit nog in de hoofden van de mensen van het dorp. Ze hebben ook het ‘leven’ van de gesnelde man nog niet tot een goed einde kunnen brengen omdat ze niet weten waar het hoofd is gebleven. Mensen van Papoea Nieuw Guinea lijken op de mensen, die op de oostelijke eilanden van de Molukken wonen. De voorouders van mijn vrouw komen daar vandaan.
Verhalen
En toen mijn dochter en ik de verhalen hoorden vertellen op de TV en de beelden van de mensen zagen, moest ik denken aan de verhalen, die ik een grootvader van mijn vrouw hoorde vertellen. Hij vertelt over de familie en gaat dan terug naar de tijd voor de Portugezen en de Nederlanders kwamen. Hij vertelt de verhalen van hoe ze moesten vluchten van Bali naar de Kei eilanden. Dat was ergens aan het einde van de 15e eeuw. Alle mensen op die eilanden kennen die verhalen. Ze zijn getraind in het luisteren naar die verhalen en in het vertellen van die verhalen. Het leven van vandaag krijgt betekenis door die verhalen. Het luisteren en doorvertellen zijn een vorm van reflecteren en leren. Het is kennisontwikkeling en kennismanagement. Ik herinner mij ook een andere gebeurtenis. Een telefoontje van de bedrijfsjurist van PTT Post, in 1998. Ik werkte toen in Jakarta voor een deelneming van KPN. Hij belde mij om mij te vragen naar de afwikkeling van de pensioenperikelen bij de overname van een transportbedrijf door PTT Post in 1992. Wat op papier stond was slecht te tracereren. En hij dacht dat ik het verhaal erachter nog wel kende zodat hij aanknopingspunten vond bij het zoeken. Dat klopte ook. Ik kon me de gesprekken en de ontmoetingen rond dit dossier nog goed herinneren. Ik wist nog wie erbij waren. En de verhalen boden hem inderdaad de aanknopingspunten waar hij naar zocht.
Mapjes
Als wij dingen in een mapje hebben opgeborgen, als het dossier compleet is en als er een code aan is toegevoegd, dan is voor ons een zaak afgedaan. De verhalen die mensen aan elkaar vertellen hebben nooit afgedaan. Dat zijn levende verhalen. Verhalen, die helpen betekenis te geven aan het heden. Het is wel belangrijk dat er ruimte is om die verhalen aan elkaar te vertellen en ernaar te luisteren. Op het ogenblik staat storytelling weer midden in de aandacht. Je kunt er een training in volgen. Je kunt lezen aan welke eisen een goed verhaal moet voldoen. Wat echter het belangrijkste is voor die verhalen, dat is tijd nemen om ze aan elkaar te vertellen en tijd nemen om naar elkaars verhalen te luisteren. Die tijd neem je als je belangstelling hebt voor elkaar. Als je de mensen met wie je leeft en werkt ziet als mensen, die belangrijk voor je zijn. Niet alleen maar nuttig als productiefactor, maar vooral belangrijk als mens. O' Hanlon vond het hoofd uiteindelijk terug in de kelder van een museum in Florence en hij nam de moeite om dat te berichten aan de mensen in het dorp waar de man van wie het hoof gesneld was ooit leefde. Hij vertelt op deTV in z’n programma dat hij nog niets heeft terug gehoord. Tja, berichten sturen is ook geen verhalen vertellen. Wat zou het effect geweest zijn als hij de moeite had genomen nog één keer terug te gaan om daar zelf zijn verhaal te vertellen?
Stel je vraag via ons contactformulier
Neem contact met ons op!
Voor al je vragen kun je bellen met
+31 0263895340