Wij helpen je graag verder! +31 492386063

Patronen doorbreken

02 juni 2017, gepubliceerd door Dirk Boersma

Hoe gaat het?
Als iemand mij bij een ontmoeting vraagt: “hoe gaat het?” Dan ben ik altijd een beetje in de war. Wat moet ik nu antwoorden? Moet ik echt vertellen hoe het is, met alle nuances en aspecten, die er aan mijn situatie zitten? Zou de ander dat echt willen weten? Of gaat de ander dan doorvragen zodat ik dingen moet vertellen die ik liever niet wil vertellen. Of moet ik maar gewoon “goed ”zeggen of “z’n gangetje”, dan wordt er tenminste niet verder gevraagd. Maar dan spreek ik niet geheel de waarheid.

Twee aspecten
Dit voorbeeld laat mooi zien dat het in communicatie altijd over twee zaken gaat. Het gaat over de inhoud maar het gaat vooral over de betrekking. Hoe verhouden wij ons tot elkaar? Hoe is onze relatie? De vraag, hoe gaat het, is over het algemeen vooral bedoeld om te laten merken dat je de ander opgemerkt hebt en om met een vriendelijke vraag ruimte te maken voor eventuele vervolgcommunicatie. Zo’n vraag is vooral bedoeld om ervoor te zorgen dat je je op gelijkwaardig niveau kunt verhouden tot elkaar. De inhoud doet er eigenlijk niet zoveel toe. Dat geldt ook voor de opening, “Lekker weertje hè” Ook dan gaat het niet om de inhoud maar om het een communicatie relatie tot stand brengen, om contact maken. In de voorbeelden die ik hier net boven heb genoemd is er met de relatie tussen de twee betrokkenen nog niet zoveel aan de hand.

De betrekking
Maar vroeger werd ik wel eens betrapt door een politieagent bij het “stropen ”van eendeneieren en dan kon de agent : “waar zijn wij helemaal mee bezig?” Of mijn wiskunde leraar vroeg mij ooit in de klas toen hij boos was, wat ben jij Dirk Boersma, een vent of een kleuter? Dat waren situaties, waarbij de vragende persoon niet op zoek was naar een antwoord. Het waren vragen, die geen evenwaardigheid creëerden, ik voelde me klein gemaakt en schuldig. De agent en de leraar plaatsten zich boven mij. Paul Watzlawick maar ook de psychoanalyticus Eric Berne hebben veel onderzoek gedaan naar die betrekkingskant van communicatie en ze hebben er ook veel over geschreven.

Ouder volwassene, kind
Berne onderscheid in ieder mens, drie posities, van waaruit de communicatie kan plaats vinden De ouder, de volwassene en het kind. In de communicatie tussen mij en mijn wiskunde leraar,was zijn vraag gericht aan mij in de kind positie. En als ik gereageerd had met “ja maar Hans begon”dan had ik ook vanuit de kindpositie gereageerd, waarop hij weer vanuit de ouderpositie had kunnen reageren.

Patronen
En zo ontstaat er een patroon in communicatie. Een patroon waarin partners elkaar vast houden. Zo zijn er bazen, die  denken dat hun medewerkers taakonvolwassen zijn, ze gaan dan over op een directieve stijl, aangespoord door de theorie over situationeel leiderschap van Blanchard en daarmee bevestigen ze de taalonvolwassenheid of de kind positie in de communicatie.

Hardnekkig
Zo’n patroon heeft de gewoonte hardnekkig te zijn. Dus wordt de taakonvolwassenheid in stand gehouden. Dat kan je ook tegenkomen in groepen hoogopgeleide mensen. Ook daar komt het voor dat mensen onbewust kiezen voor de kind positie. “het  moet van de baas” is een typische reactie vanuit de kind positie en “ik moet ook altijd alles alleen doen” is ook een typische reactie vanuit de ouderpositie.

Effectief zijn
Om effectief te zijn in het omgaan met vraagstukken, opdrachten, uitdagingen of kwesties, kortom in het gewone werk en als je dat samen met anderen wilt doen dan is dat eigenlijk alleen maar goed mogelijk als de communicatie van volwassene naar volwassene plaats vindt. Dan kun je samen vanuit een positie op het zelfde niveau samen vast stellen wat je wilt bereiken en hoe je dat aan wilt pakken. Het is daarom heel belangrijk om te zorgen dat de relatie zo wordt opgezet.

Vast zitten
Nu is het lastige dat het heel gemakkelijk is om in ouder kind relaties terecht te komen en daarin vast te blijven zitten. Dat kan bijvoorbeeld als de ander zich hulpeloos gedraagt en jij daardoor onbewust geprikkeld wordt om de helpende hand te bieden. Dan bouw je aan een ouder kind relatie. We gebruiken voor het ontstaan van zo’n patroon ook wel de begrippen overdracht en tegenoverdracht. Met het tonen van hulpeloosheid wordt aan overdracht gedaan. Als je de helpende hand gaat bieden ga je in tegenoverdracht en zo ontwikkeld zich een niet productieve relatie. Omgekeerd doe je met het geven van strakke aanwijzingen of het uitspreken van oordelen ook aan overdracht. De tegenoverdracht is dan dat de ander zich afhankelijk gaat gedragen. “Ja maar ik had ook niet genoeg tijd”, of “Jan hielp niet”.  Daarmee wordt weer aan overdracht gedaan , Tegenoverdracht is bijvoorbeeld, “jij ook altijd met je smoesjes”.

Overdracht
Kort geleden ontmoette ik iemand die zich wilde positioneren voor een leidinggevende functie. Hij had er met de eigenaren van het bedrijf over gesproken. Die werden niet echt duidelijk en hij begon te twijfelen of ze wel echt wilden dat hij die leidinggevende functie zou krijgen. En nou vond hij dat zij moesten zeggen hoe het verder moest. Ik zag de overdracht, die hier ging beginnen, die de eigenaren makkelijk in de tegenoverdracht zou brengen om dan vervolgens vanuit die tegenoverdracht tot de conclusie te komen dat hij toch minder geschikt was als leidinggevende.

Ze willen niet
Of de situatie, waarin de  leidinggevende zegt dat zijn mensen helemaal niet zelfsturend willen worden. Ze zijn zo gewend aan het niet hebben van verantwoordelijkheid en de leidinggevende bevestigt al tijden dat gedrag door in de tegenoverdracht te gaan. Als hij wat wil veranderen moet hij uit die tegenoverdracht stappen en die medewerkers vanuit de volwassene positie aanspreken en hen daarmee ook naar het volwassene niveau brengen. Als hij dat kan verandert er echt iets. Dan verandert er iets in de relatie, die kan productiever worden, er kan meer echte samenwerking ontstaan. Helaas zie ik het daar nog wel eens fout gaan. Men is positief over coachend leiderschap maar slaagt er niet het communicatie patroon en daarmee de relatie te veranderen. Dan ontstaat de ineffectieve spiraal.

Hoe zit het bij jou?
Het is de moeite waard om nog eens naar je eigen communicatie te kijken als je vindt dat je medewerkers taakonvolwassen zijn. In hoeverre is er sprake van overdracht en tegenoverdracht?

Stel je vraag via ons contactformulier

Neem contact met ons op!
Voor al je vragen kun je bellen met

+31 492386063